Tuurlijk, als beheerder van een strand moet je wat. De toerist immers bezoekt jouw strand of een ander. Concurrentie, zo eenvoudig is het. Dus moeten stranden zich tegenwoordig positioneren: wat maakt mijn strand uniek? In Ballum op Ameland hebben ze dat goed begrepen.
Deze positionering heeft iets tragisch. Ik zie een strand zoals alle andere, een strand uit de categorie dertien in een dozijn. En vraag me af: wie heeft dit in hemelsnaam bedacht en waarom? Wat is een beleefstrand? Een beleefstrand is een verschrikkelijk pleonasme. Naar het strand ga je per definite om iets te beleven. De wind, het geruis van de zee, het overweldigende van de branding, de breedte van het strand, een aangespoelde kwal, die droom over wat zich achter de horizon afspeelt. Beleefstrand is alles behalve een unieke positionering, over die kwaliteiten beschikt de concurrent ook.
De tragiek wordt nog schrijnender bij een bezoek aan de strandtent van Ballum. Parketvloer, moderne kunst aan de muur. Dat is wel degelijk een unieke, maar helaas pijnlijk verkeerde positionering. Voor moderne kunst ga ik wel naar een museum. Het bezoek aan deze strandtent voelt als een licht vervreemdende ervaring, de zee als een kunstmatig decor op een televisiescherm. In een strandtent wil ik een houten vloer met zand die tussen je tenen gaat zitten, netten aan het plafond en foto's van onverschrokken zeelieden aan de muur.
Laat de elementen voor zichzelf spreken, laat het Ballumer beleefstrand weer gewoon strand worden.
Paul Strijp, 6 mei 2015
Geen opmerkingen:
Een reactie posten