Zij woont hier al 27 jaar. Op het platteland van Noord-Groningen. In een boerderij ergens tussen Pieterburen en Eenrum. Het leven bevalt haar. De uitgestrektheid, de wind, de zuiverheid. Elke dag wandelen met de hond. Die hoeft ze niet eens aan te lijnen, niet nodig hier. Een gezonde leefomgeving, sommige mensen worden wel 100.
Als buitenstaander -zij komt oorspronkelijk uit Noord-Limburg- is zij nooit opgenomen in de gemeenschap. Daarvoor zijn Groningers te gesloten. Dan zou ze het dialect moeten gaan spreken. En dat weigert ze. De banden in die gemeenschap zijn sterk. Met haar man woont zij schuin tegenover haar schoonouders. Hij trekt veel naar hen. Voor haar is het lastig om daartussen te komen. Dat lukt gewoon niet.
Groningers leven sober en karig. Restaurants zijn er bijna niet. Hier geen bourgondisch leven zoals in Limburg. Geen pizzeria’s, geen gezellige eetcafé's. Om over sushi nog maar te zwijgen.
De boeren telen aardappelen, suikerbieten, graan en maïs. Dat is het wel zo'n beetje. En thuis eten ze aardappelen. Alléén aardappelen van deze regio. Geen andere. Met gesmolten boter en stroop erover heen.
Als ze 's avonds dan boven haar bord aardappelen met gesmolten boter en stroop zit. Dan. Dan mist ze Limburg.
Paul Strijp, 2 mei 2021
Geen opmerkingen:
Een reactie posten