Translate

maandag 6 april 2015

Het middenklasse-syndroom: de angst om geen kistjes te mogen vullen



Ooit hoorde ik iemand spreken over het middenklasse-syndroom. De angst om alles wat met veel moeite is opgebouwd, door werkloosheid in één klap te verliezen. Dit syndroom heeft mij nooit in haar greep gehad. Misschien wel omdat een dreiging van werkloosheid zich nooit heeft voorgedaan. Maar soms denk ik wel eens: stel dat het gebeurt, dan red je het vege lijf ook wel weer.

Onlangs las ik de resultaten van een groot Engels onderzoek naar de effecten van werkloosheid. Wat bleek? Mensen die vijf jaar werkloos waren, hadden een andere persoonlijkheid gekregen. Niet positiever. Op eigenschappen als autonomie en ordentelijkheid scoorden ze beduidend lager dan toen ze net werkloos werden. Werkloosheid bleek een grotere impact te hebben dan echtscheiding of het verlies van je partner.

Afgelopen week hoorde ik een verhaal dat mensen die werkloos zijn geworden, verplicht worden om vrijwilligerswerk te doen. Een uitkering krijgen ze niet zo maar. Maar voor vrijwilligerswerk moet je wel solliciteren. En als je solliciteert, kun je afgewezen worden. Voor een baantje als vrijwilliger bij een kwekerij, waarbij je kistjes moet vullen met tomaten, heb je al snel concurrentie van dertig andere sollicitanten. En er kan er maar één dat baantje krijgen.


Het middenklasse-syndroom. Voor mij staat dat niet voor de angst voor materieel verlies. Wel voor de angst om van persoonlijkheid te veranderen of om zelfs als vrijwilliger niet meer aan de bak te komen. Voor de angst om te de-personaliseren en je helemaal overbodig te voelen.


Paul Strijp, 6 april 2015

Geen opmerkingen:

Een reactie posten