Translate

vrijdag 23 maart 2018

Proefbegrafenis



Onlangs gehoord. Echt gebeurd. Een terminale patiënte kon de neiging niet onderdrukken om alvast een voorproefje te krijgen van haar eigen begrafenis. En zette familie, vrienden en bekenden stevig onder druk om een proefbegrafenis te organiseren. Met alles erop en eraan. Zodat de patiënte getuige kon zijn van de speeches en de muziek die tijdens de echte begrafenis ten beste zouden worden gegeven. En ook met eigen ogen kon zien welke kleding de achterblijvers zouden dragen. Het stervensproces verliep uiteindelijk sneller dan verwacht, de proefbegrafenis was te laat besteld.


Mijn gedachten dwaalden af naar de filosoof Paul van Tongeren. Hij ziet het leven als een kunstwerk. Dat kun je nooit volledig beheersen. Sterker, dat moet je ook niet willen beheersen. Van Tongeren pleit voor de verwondering. Rapporteer niet nuchter over ervaringen die evident van betekenis zijn zoals een geboorte, maar verwonder je daarover.


Zou de wens van de terminale patiënte een streven naar de ultieme beheersing van het leven zijn? Of gewoon een uiting van frustratie over het feit dat we ons als mensen niet kunnen verwonderen over onze eigen dood en bijbehorende begrafenis?


Paul Strijp, 23 maart 2018



dinsdag 20 maart 2018

De nieuwe eenzaamheid van de smartphone



Er waren best veel hotemetoten, die avond aan de Vrije Universiteit. Marc Schuilenburg, Miriam Rasch, Bas Heijne. Allemaal mensen die iets te vertellen hebben als het gaat om de invloed van technologie op ons dagelijks leven. Maar de mooiste uitspraak kwam van een studente, ze zal rond de twintig zijn geweest.

"Vorig jaar ging ik met vriendinnen op vakantie. Als we iets ondernamen, lieten we de smartphone achter in de tent. Dit jaar was dat anders. Iedereen nam zijn smartphone mee."
Op de vraag of de smartphone de eenzaamheid vermindert, verzuchtte zij:
"Door de smartphone ben je niet alléén, je bent altijd met anderen, maar je bent minder met elkaar"

Een prachtige paradox. Hoe de vermindering van eenzaamheid met behulp van technologie een nieuwe eenzaamheid in het leven roept.


Paul Strijp, 20 maart 2018

woensdag 14 maart 2018

Zo maar een vraag van de fietsenmaker



Hij liet een stilte vallen. Om zijn vraag kracht bij te zetten. "Misschien een beetje gekke vraag, maar (.... pauze ...) waarom is er bij jou zo'n extreem verschil in slijtage tussen de remmen van je voor- en die van je achterwiel? Aan de voorkant nauwelijks versleten, aan de achterkant bijna geen rem meer op je wiel."



Tja, waarom is dat verschil er? De stilte duurde voort, maar werd nog net niet pijnlijk. Hardop begon ik te stamelen. Tja, misschien is het wel de toevallige werking van de hersenfunctie. Zoals de één met links en de ander met rechts schrijft. Verder niks bijzonders. Of misschien is er wel sprake van een dieperliggende angst? De angst om voorover te klappen. Of zou het gewoon een statistisch toeval zijn? Voor hetzelfde geld had ik altijd de rem van het voorwiel gebruikt.


Hoe een vraag van een fietsenmaker je dagen later nog kan bezighouden.


Paul Strijp, 14 maart 2018

Studio K: de kracht van de imperfectie


Het is er altijd koud. Steenkoud. De kaart belooft een salade met walnoten en de walnoten ontbreken. Een andere keer: de serveerster weet niet over welke wijnen het restaurant beschikt. Weer een ander keertje: het wafeltje van chiazaad bij het toetje ontbreekt. En als het er wel is, is het verbrand.


Bioscoop annex restaurant Studio K in Amsterdam is een heerlijke bioscoop annex restaurant. De kracht schuilt in de imperfectie. Er ontbreekt altijd wel een dingetje. Juist dat maakt deze voorziening zo charmant en aantrekkelijk.

Studio K moet zo blijven. Studio K moet de onvolkomenheden vooral niet wegwerken.

Paul Strijp, 14 maart 2018

Een winnende prijs van een half eurootje



Een lichte opwinding maakte zich van mij meester. Het derde vakje had ik bijna weg gekrast en de lekkernij die zich daarin aandiende leek verdacht veel op die in de beide andere vakjes. Dat betekende: prijs gewonnen! In de krasactie van de stationsketen Kiosk. Met als hoofdprijs een jaar lang gratis koffie. Dat is mooier dan een jaar lang gratis op de Malediven. Vol verwachting en met een lichte trots liet ik mijn kaartje aan de Kiosk-medewerker zien. Die feliciteerde mij en liet mij weten dat ik een zoete koek had gewonnen. Een zoete koek? Ja, een zoete koek. Ik lust geen zoete koek maar nu zou ik een zoete koek eten. Je hebt immers een prijs gewonnen en dáár ga je dan ook voor.


Met tegenzin nam ik een hap om vervolgens de Kiosk te verlaten. “Ik krijg nog een euro van u”, riep de medewerker mij na. Wat bleek? De koek kost normaal anderhalve euro, maar de gelukkige winnaar krijgt een halve euro korting. Er werd nog net geen fotograaf bijgehaald voor publicitaire doeleinden. Per saldo betaalde ik een euro voor een koek die ik niet door mijn strot kreeg.


Krassen dus. Bij de Kiosk in het station.



Paul Strijp, 14 maart 2018

maandag 12 maart 2018

Geen gewone straat, die Rapenburgerstraat



Als je de ontwikkeling van deze Amsterdamse straat over de periode van een eeuw bekijkt, lijkt er niets bijzonders aan de hand. Een transformatie zoals veel straten hebben ondergaan. Van een intiem en nostalgisch vooroorlogs beeld ....





... via een straatbeeld dat de noodzaak van de wederopbouw ondubbelzinnig aantoont ....







....  naar een hypermodern straatbeeld van dure appartementen die een gemiddelde gezinsgrootte hebben van anderhalve bewoner.







Niets bijzonders dus, die Rapenburgerstraat. Wel bijzonder. Zeer bijzonder zelfs. De tentoonstelling in het Amsterdamse Stadsarchief laat koeltjes zien hoe gedurende de vijf jaar van de Tweede Wereldoorlog vrijwel alle bewoners van deze straat systematisch zijn afgevoerd. Géén tentoonstelling met een megabudget en miljoenen bezoekers. Géén Rembrandt of Jeroen Bosch dus. Neen, ingenomen, gewijd bijna.

In NRC Handelsblad van 10 maart gaf Auke Kok er prachtige woorden aan. "Het is de kracht van non-fictie, van loepzuiver documenteren, van er zo min mogelijk aan toevoegen: kijk maar goed, hier woonde Clara Pont op nummer 16. Geboren 22 mei 1918 in Amsterdam. Overleden Sobibor 21 mei 1943 (...) Geen poespas. Hoe kaler hoe beter".

Paul Strijp, 14 maart 2018

(bronnen: foto's genomen tijdens tentoonstelling Amsterdamse Stadsarchief)