In nauwelijks vierentwintig uur. Twee impressies over een bepaald type leven, het studentenleven.
Mijn vriend en zwager, werkzaam in de ambulante zorg voor psychiatrische patiënten, vertelde mij tijdens een wandeling door de Doornse bossen over het verschijnsel psychose. Dit komt relatief veel voor bij jonge mensen vóór hun dertigste, vooral studenten. Die maken een turbulente tijd in hun leven door: nieuwe studie, nieuwe vrienden, vaak ook een nieuwe stad. Kortom: nogal wat prikkels te verwerken. En dan kan het gebeuren dat ze van het één op het andere moment dingen zien die er niet zijn. Waanbeelden dus. Die komen óók voor bij de sportievelingen en de bollebozen, met een tekort aan lichaamsbeweging of intelligentie heeft psychose dus allemaal niets te maken. Het leven van psychotische patiënten stort in. Hun hoop is gevestigd op de inspanning van zorgverleners en op de werking van medicamenten.
Allemaal studenten die het eerste deel van hun studie succesvol hebben afgerond en vol verwachting aan het tweede beginnen. Zich misschien niet eens bewust zijn van de kwetsbare kant van hun bestaan.
Ik ben trots op onze dochter en denk op hetzelfde moment aan de patiënten van mijn zwager die hier niet bij zijn.
Paul Strijp, 14 oktober 2014
Geen opmerkingen:
Een reactie posten