Translate

zaterdag 25 oktober 2014

Dynamiek van de stadsvernieuwing



De stadsvernieuwing in Amsterdam. Een traditie waarmee de gemeente en corporaties al vele decennia ervaring hebben. Vroeger, in de tijden van wethouder Jan Schaefer, kon die veel protesten en emoties oproepen. Tegenwoordig verloopt de stadsvernieuwing, vooral in Amsterdam-Noord, -West en Zuidoost, een stuk geruislozer. Grote delen van het oude Amsterdam maken plaats voor nieuwe woonwijken. Je hoort er eigenlijk nooit zo veel van, mijn indruk is dat de bewoners het wel prima vinden.

Elke dag fiets ik in Amsterdam-Oost langs een huizenblok dat ook tegen de vlakte moet. Aan de Zeeburgerdijk. Ook hier geldt: op het oog niet zo heel veel aan de hand. Een ogenschijnlijk soepele en mechanistische operatie. Toch, als je goed kijkt, is er veel gaande.



 
 

Allereerst de schoonheid van de operatie. Ik word getroffen door de pracht van de sloop en de afbraak. Bulldozers en hijskranen die nietsontziend hele woonblokken ruïneren. De resten, vaak halve woon- en slaapkamers, die hulpeloos overeind blijven. Maar weten dat ook zij een keer onvermijdelijk te gronde zullen gaan.

De bewoners die soms wanhopig en machteloos zijn. En dan God aanroepen om zijn verantwoordelijkheid te nemen. Ik vraag mij af: waarin schuilt die wanhoop? De slechte staat van de woningen, de geringe sociale cohesie in de buurt, de traagheid van de sloop? En wat zou God zelf van die oproep vinden? Zou hij zich verantwoordelijk voelen?



 
 
 
En als je heel goed kijkt, tussen de hekken en de resten van de huizen, ontdek je dat de bewoners soms ook nog ruimte hebben. Ruimte voor ironie. Of zouden de bewoners elkaar hier ècht in de haren zijn gevlogen bij het ruilen van partner?








De dynamiek van de stadsvernieuwing zit in de details.


Paul Strijp, 26 oktober 2014

woensdag 22 oktober 2014

De serveerster van Lebbis werkt in de CousCousClub



https://www.youtube.com/watch?v=7Yw3hzp1rJY

Kijkt u voordat u verder leest eerst even naar dit filmpje. Dat kost u iets meer dan drie minuten, maar daar zult u geen spijt van hebben. Zelf verkeerde ik in shock na het zien ervan. Waarom is het in Nederland toch zo moeilijk om in de dienstverlening kwaliteit, snelheid en vriendelijkheid te leveren? Dat is in essentie de vraag die de cabaretier Lebbis oproept. Het lijkt zo simpel, maar heeft u ooit de dienstverlening ervaren waar Lebbis zo naar verlangt?

Mijn persoonlijke antwoord op die vraag luidde: neen, dat heb ik nooit! En net op het moment dat je je met zo'n antwoord verzoend hebt (de dienstverlening in Nederland is nu eenmaal slecht, maar voor het overige hebben we in dit land niet te klagen), stapt de gedroomde serveerster recht op je af. En dan is er ook geen ontkomen meer aan.




Ja, ze bestaan dus nog. Mensen in de horeca die kwaliteit, snelheid en vriendelijkheid leveren. En die dat voor het oog met het grootste gemak doen. Gaat u eens eten in de CousCousClub aan de Ceintuurbaan in Amsterdam.

Terwijl wij zaten te genieten van een heerlijke maaltijd voor een alleszins schappelijke prijs, vroegen wij ons af waar de couscous nu vandaan komt. Marokko, Tunesië? De serveerster wist het ook niet precies, dat kon je afleiden aan haar wat onzekere gebaartjes. Zij vond dat vervelend en liep resoluut de keuken binnen om dat aan haar baas te vragen. Zoals Lebbis zijn mayonaise kreeg, zo kregen wij iets later een keurig antwoord op onze vraag. Oorspronkelijk komt de couscous uit het Atlasgebergte, later heeft hij zich verspreid onder de landen rondom de Middellandse Zee en Parijs. Had allemaal niet gehoeven, zo'n antwoord, maar we kregen het wel.

Lebbis moet snel in de CousCousClub gaan eten.

Paul Strijp, 22 oktober 2014

maandag 13 oktober 2014

Studentenleven, leven van contrasten



In nauwelijks vierentwintig uur. Twee impressies over een bepaald type leven, het studentenleven.

Mijn vriend en zwager, werkzaam in de ambulante zorg voor psychiatrische patiënten, vertelde mij tijdens een wandeling door de Doornse bossen over het verschijnsel psychose. Dit komt relatief veel voor bij jonge mensen vóór hun dertigste, vooral studenten. Die maken een turbulente tijd in hun leven door: nieuwe studie, nieuwe vrienden, vaak ook een nieuwe stad. Kortom: nogal wat prikkels te verwerken. En dan kan het gebeuren dat ze van het één op het andere moment dingen zien die er niet zijn. Waanbeelden dus. Die komen óók voor bij de sportievelingen en de bollebozen, met een tekort aan lichaamsbeweging of intelligentie heeft psychose dus allemaal niets te maken. Het leven van psychotische patiënten stort in. Hun hoop is gevestigd op de inspanning van zorgverleners en op de werking van medicamenten.



Een etmaal later zaten we in het auditorium van de Vrije Universiteit in Amsterdam. Diploma-uitreiking voor de bachelor psychologie van onze oudste dochter. Om me heen zie ik louter mooie en zelfbewuste jonge mensen. Vol zelfvertrouwen ook. Tekenend vond ik de soepele wijze waarop een studente die voor mij zat, een probleempje oploste. Zij ontdekte dat ze haar legitimatiebewijs had vergeten. Normaal gesproken kun je de uitreiking van je bul dan wel vergeten. Maar geen paniek, deze dame stuurde haar broer naar huis om dat bewijs op te halen, liep naar de zijkant van het podium waar ze de secretaris van de examencommissie fijntjes uitlegde dat hij die legitimatie later heus wel te zien kreeg. De secretaris was duidelijk onder de indruk en knikte gedwee. De studente kreeg gewoon haar diploma.

Allemaal studenten die het eerste deel van hun studie succesvol hebben afgerond en vol verwachting aan het tweede beginnen. Zich misschien niet eens bewust zijn van de kwetsbare kant van hun bestaan.

Ik ben trots op onze dochter en denk op hetzelfde moment aan de patiënten van mijn zwager die hier niet bij zijn.

Paul Strijp, 14 oktober 2014